Expositie Esthersrust: katoen aan de kust

Het archeologisch team bestaande uit Surinaamse en Nederlandse studenten die in januari 2024 plantage Esthersrust bezocht en de expositie ‘Esthersrust: katoen aan de kust’ opzette. Van links naar rechts: van de Anton de Kom Universiteit: Darren Sarijoen (BA Gesch), Agir Axwijk (BA Gesch), Sushmeeta Ganesh (MA Gesch), Santosh Singh (archeoloog en projectcoördinator), van Leiden Universiteit: Amber Ijsveld (MA Archeologie), Emma Kornmann (MA Archeologie) en Isabella Wlaznik (BA Archeologie). (Foto: Akaash Jhinkoe, 2024).

In het Nationaal Archief Suriname (NAS) vond op zaterdag 20 januari de opening plaats van de expositie ‘Esthersrust: katoen aan de kust’, het verhaal over een 19de -eeuwse katoenplantage gelegen aan de samenvloeiing van het Warappakanaal en de Atlantische Oceaan.  De expositie biedt een platform aan zowel het Surinaams als internationaal publiek om via een archeologische bril kennis op te doen over historische artefacten en bakstenen structuren die op locatie tevoorschijn komen. Ook reflecteert de expositie op onze gedeelde geschiedenis met Nederland, welke onder andere zichtbaar is in de familienamen zoals Bottse en Lisse, maar ook de antieke keramiekscherven die zijn vervaardigd in Nederland.

De geschiedenis van Esthersrust, in de volksmond bekend onder de Sranannaam Skassi, begint tegen 1800 met het toekennen van een warrant, een grondbrief aan gouverneur- generaal Friderici, die de plantage overdoet aan Jan Limes. De plantage was toen 250 akkers groot en aanvankelijk gebruikt voor het verbouwen van koffie en later katoen. De vrouw van Limes heette Esther en kreeg de plantage de naam Estherslust. Na haar dood werd de naam van de plantage veranderd in Esthersrust.

Archeoloog en projectcoördinator, Santosh Singh, spreekt de aanwezigen bij de opening van de expositie toe (Foto: Akaash Jhinkoe, 2024).

In 1819 was de Vlaamse familie Schas de nieuwe plantage- eigenaar van Esthersrust, welke in 1853 de plantage doorverkocht aan familie Bots. Volgens Egbert Jacobus Bartelink, een Surinaamse planter en schrijver, vormde plantage Esthersrust, tezamen met de overige plantages gelegen aan het Warappakanaal, een prachtig uitzicht voor haar bezoekers. Het gebied stond daarom bekend als ‘de kleine stad’. Echter, over de inrichting van plantage Esthersrust is nog aanvullend onderzoek te verrichten in de archieven. De Surinaamse Courant van 10 oktober 1871 vermeldt wel de veiling van deze katoenplantage en noemt de diverse bezittingen en gebouwen die daar neerstonden, te weten een planterswoning, katoenmagazijn, keuken, ziekenhuis, kerk, fabrieksgebouwen, arbeiderswoningen, schepen, tentboot en gehoornde runderen.

Deze zijn ook te zien op een tekening van het vooraanzicht van de plantage, die Bots tijdens zijn bezoek aan Suriname maakte in 1877.

Veiling katoenplantage Esthersrust opgenomen in de Surinaamse Courant van 10 oktober 1871 (Foto: Akaash Jhinkoe, 2024).

Na 1879 werd plantage Esthersrust verlaten en raakte het langzaam in verval. De natuur nam over en de gronden werden opgeslokt door de Atlantische Oceaan. In 2014 werd voor het eerst melding gemaakt van twee bakstenen structuren die daar door de Archeologische Dienst en het Archeologie- cohort 2014 van de Faculteit der Humaniora waren waargenomen. In 2019 rapporteerden ook Bas Spek en Alex Vigilantizoon van Bakkie over bakstenen structuren en artefacten die tevoorschijn kwamen bij het wegtrekken van het water. Dat de historische en archeologische waarde van Esthersrust gedocumenteerd en vastgelegd moest worden, was overduidelijk. Archeoloog en projectcoördinator, Santosh Singh die in 2019 voor zijn Master Archeologie opleiding naar Leiden Universiteit vertrok, kreeg de mogelijkheid aangeboden om zijn thesisonderzoek te baseren op de maritieme geschiedenis van plantage Esthersrust. Na het behalen van zijn mastergraad, zette Singh, met financiële ondersteuning van de Dr. Sylvia De Groot Fonds zijn onderzoek naar plantage Esthersrust voort en streefde ernaar om de exacte grenzen van de plantage vastteleggen, zodat het in de toekomst een beschermde status als nationaal archeologisch monument van Suriname kon krijgen.

Als gevolg van een samenwerking met de Rijkdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) reisden drie Archeologie- studenten van Leiden Universiteit in januari 2024 af naar Suriname om samen met studenten van de Bachelor- en Masteropleiding Geschiedenis van de Faculteit der Humaniora een vervolgonderzoek uit te voeren op plantage Esthersrust, onder leiding van archeoloog Santosh Singh. Het doel was om kennis en ervaring op het gebied van archeologie en erfgoed met elkaar uit te wisselen en een expositie over de geschiedenis en archeologische bevindingen van plantage Esthersrust neer te zetten.

Glazen flessen gebruikt voor diverse doeleinden verzameld op Esthersrust (Foto: Akaash Jhinkoe, 2024).

Met behulp van een documentaire, slideshows, foto’s, panelen met historische informatie over de katoenplantage, posters met informatie over archeologie en erfgoed, een tijdslijn over de opkomst en neergang van de plantage en de archeologische vondsten, die tijdens de verschillende onderzoeksperiodes waren verzameld en gedocumenteerd, is er een beeld gegeven over het archeologisch onderzoek, de reis van en naar Esthersrust, maar ook de bevindingen en interpretaties van de uitgevoerde onderzoeksprojecten door de jaren heen. Met de expositie hebben bezoekers kennis opgedaan over de historische en archeologische waarde van deze bijzondere archeologische vindplaats, informatie kunnen vergaren over de economische positie van de plantage- eigenaren en de sociale positie van de slaven voor en na de emancipatie. Via de materiele en immateriële overblijfselen is een indicatie verkregen hoe de 19de -eeuwse katoenplantage eruit zal hebben gezien.

Drone foto van het bakstenen structuur van het voormalige katoenfabriek te Esthersrust dat bij eb tevoorschijn komt (Foto: Steven Pherai, 2024).

De expositie ‘Esthersrust: katoen aan de kust’ was van 22 januari tot en met 27 januari 2024 te bezichtigen in het NAS en zal later in het jaar permanent komen te staan in het Bakkie Museum.

 

Tekst: Sushmeeta Ganesh

By Comments off januari 29, 2024